Literatuur
- Baan, Els de, Goed garen. Termen en begrippen van de textielnijverheid uit heden en verleden. Rijswijk (Goossens), Leiden (Stedelijk Museum De Lakenhal), z.j. [112 blz. ISBN 90.6551.313.2]. Hierin "Trijp": blz. 81 (Frans: 'tripe'. "Een poolweefsel met een grondweefsel van linnen of katoen en een pool van wol. Bijzondere soorten trijp zijn onder meer het velours d'Utrecht of velours d'Amiens, die een pool van mohair (wol) op een linnen grondweefsel hebben. Patronen in de stof ontstaan door het oppervlak van de stof te pletten tussen twee warme walsen, één gladde en één in reliëf bewerkte. Het dessin vormt zich door het contrast tussen het geplette en niet-geplette vlak. [...]". Trijp werd gebruikt als wandbespanning, meubelbekleding en voor kleding).
- Registervermelding: "Velours d'Utrecht", in: Maandblad Oud-Utrecht, 1958, blz. 45.
- Registervermelding: "Velours d'Utrecht", in: Maandblad Oud-Utrecht, 1943-45, blz. 30, 31, 36.